Onze geschiedenis
We schrijven 1904. Wouter van Ast kreeg toen hij als marechaussee in Winterswijk werkte een vervelend paardrijdongeluk. Hij brak zijn been en werd uit de dienst ontslagen. Omdat hij niet kon rondkomen van het resterende inkomen besloot hij om een eigen zaak te beginnen: een boeken- en platenwinkel. Na een paar jaar had hij personeel nodig en tien jaar na de start kon hij zijn eigen lijstenfabriek bouwen. Het inlijsten van schilderijen verschafte hem de gelegenheid ook in glas te gaan handelen en in 1927 verhuisde het bedrijf naar een nieuwe locatie in Winterswijk, op de plek waar nu nog steeds de Arco meubelfabriek staat.
Het was in die dagen dat Wouters oudste zoon, Arend Cornelis van Ast, op zijn fiets het land afreisde om de producten van 'NV Van Ast Lijstenfabriek en Glashandel' te slijten. In het familiebedrijf werkten ook zijn drie broers. De firma groeide voorspoedig en was een van de eersten met een telefoon. Nu mag dat nogal triviaal lijken, maar in de jaren dertig van de vorige eeuw betekende zoiets dat je je tot de koplopers van technologische innovatie mocht rekenen. In het begin van de Tweede Wereldoorlog ging de stichter van Van Ast met pensioen en Arend Cornelis werd de nieuwe directeur, met zijn broers als ondersteuning.
Het bedrijf werd opgesplitst in drie nieuwe bedrijven: twee fabrieken - Van Ast Lijstenfabriek & Glashandel en Arco Kleinmeubelfabriek - en een handelsfirma met de naam Rondova in Zutphen. De twee fabrieken gingen eind jaren zestig weer samen, en dat bleef de onderneming met de naam Arco - de afkorting van Arend Cornelis. Deze naam en de moderne producten zouden later maken dat men dacht dat het bedrijf van oorsprong Italiaans was.
Een paar jaar na de oorlog begon Arco met de productie van kleinmeubelen zoals krantenbakken en kapstokken. Omdat hout schaars was werden sinaasappelkistjes verzameld en die werden versnipperd om spaanplaat van te maken. De verwerking van spaanplaat, maar dan van hoge kwaliteit, behoort nog steeds tot één van de huidige productietechnieken.
Toen Willem van Ast bij het bedrijf kwam, bracht hij het modernisme in. Dat kwam niet doordat hij van meet af aan in eigentijds meubilair geïnteresseerd was. Sterker nog, zijn eerste studie was werktuigbouwkunde. Hij had zelfs niet de ambitie voor het familiebedrijf te gaan werken, want dat deed zijn broer Wout al. Maar toen zijn vader suggereerde om naar de managementopleiding voor de meubel- en houtindustrie - officieel het Hout- en Meubileringcollege - in Rotterdam te gaan, dacht Willem: 'Ach, waarom ook niet?'
De belangrijkste verandering die het bedrijf in die jaren doormaakte - en die begon in 1967, toen Willem in het bedrijf van zijn vader ging werken - was het inschakelen van contemporaine ontwerpers van buiten, zoals Arnold Merckx. Hij moest in samenwerking met Willem zorgen voor nieuwe meubelen die in plaats kwamen van de oude lijn. Concurrentie in de vorm van goedkope interieurproducten uit andere landen dwong Nederlandse meubelproducenten andere wegen in te slaan om te overleven. Later kwamen ook samenwerkingen met Charles Marks en Burkhard Vogtherr tot stand. Arnold Merckx heeft niet alleen een zeer belangrijke rol als ontwerper gespeeld. Hij heeft ook een belangrijk aandeel gehad in het bepalen en ontwikkelen van de identiteit van Arco.
Sinds 2011 staat het familiebedrijf onder leiding van Jorre van Ast. Hij bewaakt de gewaardeerde Arco stijl en geeft deze op zijn persoonlijke wijze invulling. De meubelcollectie, met vele bestsellers uit het verleden, wordt door hem langzaam maar zeker uitgebreid met een markante signatuur. Het streven naar innovatie en duurzaamheid blijft daarbij een belangrijke leidraad, net als een onveranderd hoog kwaliteitsniveau en het ambachtelijke meubelmakers vak.